“The Benchmark 2020”, gepubliceerd door Ayming, vergelijkt België met 14 andere landen op het vlak van vrijgevigheid van de fiscale O&O-stimulansen, maar kijkt ook hoe gemakkelijk het is om ze aan te vragen.
“The Benchmark 2020” verzamelt en vergelijkt de belangrijkste fiscale stimulansen voor O&O van 15 landen in één enkele grafiek, waarbij twee hoofdassen gebruikt worden: de generositeit van de regeling (in %) en de administratieve eenvoud (weergegeven als Gemakkelijk, Middelmatig of Moeilijk)
De stimulansen worden vervolgens stuk per stuk gedetailleerd weergegeven. Hoewel het ene belastingstelsel voor O&O niet hetzelfde is als het andere, en er een veelheid aan wetten, interpretaties en voorschriften is die moet worden overwogen om een vergelijking te maken, beschikken de verschillende O&O-consultancy teams van Ayming over een uitgebreide ervaring inzake plaatselijke O&O-belastingstelsels. Hierdoor zijn ze erin geslaagd om een relevante en eenvoudige vergelijking af te leveren.
Hoe zit het met België?
Stefaan Heyvaert, Innovation Performance Manager van Ayming: “België biedt twee fiscale stimulansen die van toepassing zijn op zowel KMO’s als grote ondernemingen. Enerzijds is er de een vrijstelling van 80% op de bedrijfsvoorheffing voor onderzoekers voor werknemers met een doctoraat of wetenschappelijke master. Deze vrijstelling is ook toegankelijk voor werknemers met een bachelor die werken aan O&O-projecten op één voorwaarde: het vrijgestelde gedeelte voor de bachelors mag niet meer dan 25% (middelgrote en grote ondernemingen) en 50% (KMO’s) van de totale vrijstelling voor wetenschappelijke masters bedragen. Deze gedeeltelijke vrijstelling komt de werkgever ten goede en heeft geen invloed op het nettoloon van de ‘onderzoeker’, waardoor de effectieve tewerkstellingskost voor O&O-activiteiten daalt.”
Wat de terugwerkende kracht betreft, staat de administratie een regularisatie toe voor niet voorgeschreven periodes, op voorwaarde dat de betrokken projecten aan de bevoegde Belgische wetenschappelijke autoriteit (BELSPO) zijn gemeld voordat ze van start gaan.
“Anderzijds kunnen ondernemingen die octrooien en activa voor nieuwe producten, diensten en innovatieve en milieuvriendelijke technologieën ontwikkelen of verwerven, profiteren van een belastingaftrek voor investeringen, hetzij eenmalig (13,5% van de waarde van de in aanmerking komende investeringen) of gespreid (20,5% op de afschrijving van de in aanmerking komende investeringen).”
Hoe doet België het in vergelijking met haar buurlanden?
Stefaan Heyvaert, Innovation Performance Manager van Ayming: “‘The Benchmark 2020’ toont aan dat wij tot de minst genereuze landen op het vlak van fiscale stimulansen voor O&O behoren. Daarentegen doen we het vrij goed in vergelijking met de andere 14 landen wat betreft het gemak waarmee de aanvraag ingediend kan worden.
Toch blijft het opstellen, indienen en opvolgen van een dossier voor een gedeeltelijke vrijstelling van de bedrijfsvoorheffing voor onderzoekers of een investeringsaftrek een zeer complexe en tijdrovende aangelegenheid, vooral omdat de controles van de fiscus in 2019 en begin 2020 zijn verveelvoudigd.
Deze bevindingen zullen vele landgenoten niet verbazen. Vandaar de noodzaak voor Belgische bedrijven om hun O&O-activiteiten op de meest strategische manier te plannen. Hier kan Ayming hen bijstaan.”
Consulteer ‘The Benchmark 2020’ integraal
Geen reacties